De ontdekking van nieuwe gidsgesteenten maakt duidelijk dat de grens van het gebied in Scandinavië, waar onze zwerfstenen vandaan komen, steeds verder naar het noorden opschuift. Met de vondsten van Sorselegraniet reikt deze verschuiving zelfs tot in het verre Zweeds Lapland, zo'n 2500 km hiervandaan.

 

 

Sorselegraniet Simone 2 - Sorsele Zweden Sorselegraniet gepolijst 2  - Sorsele Zweden

Sorselegraniet - Granietmonster van Sorsele in Noord-Zweden (Leg. Simone Doornbos).

 

Sorselegraniet is een somber ogende, porfierische graniet, die vooral opvalt door talrijke, onregelmatige donkere vlekken. Het gesteente is bijzonder variabel, zeker wat kleur betreft. Hoewel een graniet, bevat het gesteente relatief weinig kwarts.

Sorselegraniet - Sorsele, Noord-Zweden (Leg. J. de Jong).

 

In riviertjes als de Indalsälven en de Vindelälven bij Sorsele in Noord-Zweden zijn bijzonder veel kleinere en grotere rolstenen van Sorselegraniet te vinden. Met gemak zijn een groot aantal kleur en structuurvarianten van deze graniet te verzamelen. Dit duidt er op dat het vaste gesteente in de omgeving voorkomt.

 


 

 

De ‘langeafstandskampioen’ onder de zwerfstenen



Zo mag je Sorselegraniet wel betitelen. Golden zwerfstenen uit het verre Ragunda en Nordingra (Angermanland) in Zweden, met in het kielzog die van Rödö, al als afstandskampioenen, Sorselegraniet en zeker ook de verwante Norrlandgranieten komen nog van een paar honderd kilometer noordelijker. Sorselegraniet dankt zijn naam aan de plaats Sorsele op de grens van Zweeds Lapland, zuidelijk van Kiruna en westelijk van Arvidsjaur. Hoewel Sorselegraniet een goed herkenbaar gesteente is, toont het allerlei overgangen naar verwante granieten in de buurt. In Zweden worden deze gesteenten onder de verzamelnaam 'Norrlandgraniet' samengevat.

 

 

Norrlandgranieten vormen een heterogene groep granieten waarvan nog niet duidelijk is welke typen geschikt zijn als gidsgesteente. Deze granieten komen verspreid in een aantal massieven voor noordelijk en oostelijk van Sorsele en in de omgeving van Arvidsjaur. Als we Linagraniet hierbij betrekken, want ook daarvan zijn inmiddels talrijke zwerfstenen gevonden, dan reikt het herkomstgebied van deze zwerfstenen nog honderden kilometers verder naar noorden tot in de provincie Norrbotten in Zweden. In het gebied rond Sorsele komen daarnaast verspreid nog verschillende typen Revsundgraniet voor, die op talrijke plaatsen in kleine ontsluitingen dagzomen.



 

 

 

kaart Sorselegraniet Sorselegraniet voorkomen

Sorselegraniet komt ook als zwerfsteen in Noord-Nederland voor. De vondsten wijzen uit dat deze graniet en zijn verwanten niet zeldzaam zijn. Dit laatste geldt met name voor het Hondsruggebied, waar vrijwel uitsluitend Oostbaltische keilemen voorkomen. Zwerfstenen van Sorselegraniet hebben een reis achter de rug van meer dan 2500 km! Verwanten van Sorselegraniet die nog iets noordelijker voorkomen zijn inmiddels ook als zwerfsteen gevonden.

 

De rode stippen geven het voorkomen van dit nieuwe gidsgesteente aan. De kaart hiernaast geeft meer informatie.

Sorselegraniet vormt een vrij groot granietgebied bij Sorsele, westelijk van Arvidsjaur. Het voorkomen in Noord-Zweden maakt onderdeel uit van een gordel van magmatische gesteenten( Transscandinavische magmatietgordel - TIB) die van Smaland in het zuiden te vervolgen is tot in het gebied bij Sorsele.

 

De Precambrische Sorselegraniet was ooit bedekt door jongere gesteenten van de Caledonische gebergtevorming. Verwering hiervan bracht de Sorselegraniet weer aan de oppervlakte. Bij 1 zijn nog restanten van deze Caledonische gesteenten aanwezig.


 

 


De belangrijkste voorkomens van Sorselegraniet liggen westelijk van de Storavan tot aan het gebied waar deze graniet door de veel later gevormde gesteenten van de Caledonische gebergtevorming bedekt zijn. Een aantal kleinere ontsluitingen bevindt zich zuidelijk en ook westelijk van de plaats Arvidsjaur.

 

 



Terzijde:

 

Het granietmassief van Sorsele maakt deel uit van het Baltisch schild, een oeroud 

stuk aardkorst van Precambrische ouderdom. Tijdens de Caledonische orogenese (= gebergtevorming)

op de overgang van het Siluur naar het Devoon, vond een botsing plaats tussen de 

landmassa’s van Laurasië en Baltica. De tussengelegen Iapetus Oceaan was door 

plaattektonische bewegingen geleidelijk smaller geworden tot deze geheel verdween. Bij het naderen van de twee landmassa's werden enorme hoeveelheden 

zeebodemsediment in de tang genomen, vervolgens samengeperst en 

opgeplooid tot een hooggebergte. Voor een deel werden deze sedimenten gemetamorfoseerd 

en als dekbladen in oostelijke richting over oudere gesteenten van het Baltisch schild heen

geschoven. Deze gesteenten, waaronder ook Sorselegraniet, werden hierdoor voor miljoenen jaren aan het gezicht 

onttrokken. In de loop van de tijd zijn grote delen van het Caledonische gesteentepakket 

door erosie verdwenen, waardoor Sorselegraniet plaatselijk weer te voorschijn kwam. 

Deze granietvoorkomens te midden van veel jongere Caledonische gesteenten noemt men in de 

geologie ‘vensters’.

 

 


Voorkomens van Sorselegraniet illustreren dat het gesteente een groot aaneengesloten granietmassief vormt, dat te beschouwen is als een van de noordelijkste voorkomens van wat de Transscandinavische magmatietgordel genoemd wordt of kortweg TMG of TIB ( Transscandinavian Ignious Belt). Deze zone met vooral granietgesteenten loopt van Zuid-Zweden via Värmland en Dalarna door tot in het verre Noord-Zweden. Al deze granieten zijn van Precambrische ouderdom. Sorselegraniet heeft een ouderdom van ca. 1790 miljoen jaar.


 

 


 


Hoe herkennen we Sorselegraniet


Hoewel onmiskenbaar een graniet, is Sorselegraniet anders van uiterlijk dan de meeste andere granieten. Op het breukvlak is het gesteente minder sprankelend dan veel andere graniettypen. De schijnbare afwezigheid van kwarts en het feit dat het gesteente veel donkere mineralen bevat, werkt dit in de hand. Sorselegraniet bezit een duidelijk porfierisch karakter, veroorzaakt door talrijke eerstelingen van kaliveldspaat en plagioklaas. Behoudens enkele grotere, zijn de meeste eerstelingkristallen kleiner dan een centimeter. Ze liggen ingebed in een fijner gekorrelde, vaak iets donkerder gekleurde grondmassa van veldspaat en kwarts.

 

 

 

Sorselegraniet - Als Den Sorselegraniet detail gesteente 2 - Sorsele Zweden
 Sorselegraniet, bruinrood type - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).

Sorselegraniet - Indalsälven bij Sorsele, Noord-Zweden.

 

Op deze vergrote opname komt het porfirische karakter van Sorselegraniet goed tot uitdrukking. Ook duidelijk is het hoge gehalte aan donkere mineralen (hoornblende en biotiet).

 

Naast onregelmatige vlekken omhullen de donkere mineralen de veldspaateerstelingen. Kwarts vormt kleine tot 6mm grote, sterk gecorrodeerde eerstelingen. Veel kleinere, hoekige kwartsjes vormen een 2e generatie in de grondmassa. Pleksgewijs is deze kwarts grafisch vergroeid met kaliveldspaat.

 

 

Veldspaten Veldspaten in Sorselegraniet zijn min of meer idiomorf, die van plagioklaas meer dan die van kaliveldspaat. Deze laatste zijn veelal grijsrood, roodbruin, vleeskleurig, roserood tot beige. Plagioklaas daarentegen is door omzetting groenachtig van kleur of vuilwit. Veel plagioklazen zijn omgeven door een lichter gekleurde zoom. Enkele, meest grotere plagioklazen, bevatten bovendien kleine insluitseltjes van zwart mineraal. Sommige kaliveldspaateerstelingen zijn omgeven door een dunne zoom van plagioklaas. Dit laatste herkennen we van rapakivigranieten, net als twee generaties kwarts, die ook in Sorselegraniet aanwezig zijn.

 

Aan de verweerde buitenzijde van zwerfstenen van Sorselegraniet, maar vooral op het gepolijste vlak is te zien dat sommige veldspaten, plagioklazen voorop, ietwat rhombisch van vorm zijn of spoelvormig met spitse uiteinden. Opvallend is verder dat de veldspaten, vooral de grotere eerstelingen, vaak door een smal donker randje zijn omhuld. Dit wordt veroorzaakt door zeer kleine, zwarte mineraalnaaldjes, die zich om de veldspaatkristallen hebben gevoegd. De naaldvormige kristallen (hoornblende?) komen ook in de grondmassa voor en zijn daar vaak net iets groter dan die rond de veldspaten. Zwarte naaldjes komen echter niet bij alle typen Sorselegraniet voor.


 

 

 

 

 

Kwarts

Kwarts lijkt op het eerste gezicht afwezig. Het gesteente oogt daarom ook niet als graniet, maar heeft bij oppervlakkige beschouwing meer weg van een of andere syeniet of syenietporfier. Kwarts is echter wel degelijk aanwezig, hoewel het percentage niet groot is. Verspreid in het gesteente ontdekken we zelfstandige, rondachtige, elipsvormige of onregelmatig begrensde kwartseerstelingen van grijze, bruingrijze of licht blauwgrijze kleur. De grootte ervan is maximaal 6mm. De meeste kwartsen zijn gecorrodeerd. Ze bevatten vaak zeer kleine witte veldspaatinsluitsels of tonen kleine zwarte mineraalpuntjes.

 


 

 

Sorselegraniet gecorrodeerde kwarts -  Van Starkenborgkanaal Zuidhorn Sorselegraniet detail - Van Starkenborgkanaal Zuidhorn

Sorselegraniet - Zwerfsteen opgebaggerd uit het Van Starkenborgkanaal bij Zuidhorn (Gr.).

 

De grijze kleur op de foto is secundair. De kleur is veroorzaakt door infiltratie met zwarte ijzersulfide als gevolg van de jarenlange inbedding in bodemslik onder zuurstofloze omstandigheden 

 

Kwartseerstelingen in Sorselegraniet zijn vaak grijsblauw en sterk gecorrodeerd. Sommige kwartsen zijn nog redelijk idiomorf. De gecorrodeerde kwartsen zijn onregelmatig van vorm. Een kenmerk is dat ze vaak zeer kleine insluitsels van witte veldspaat bevatten. De geelbruine vlekjes op de foto zijn verweerde plagioklazen. Het gehalte aan donkere mineralen in Sorselegraniet varieert.

Sorselegraniet - Van Starkenborgkanaal bij Zuidhorn (Gr.).

 

Onder een ca. één centimeter dikke infiltratiezone met ijzersulfide, is het granitisch gesteente rose van kleur met veel vuil (blauw)groene en witachtige plagioklaas. Sommige plagioklazen bezitten een smalle, lichter gekleurde zoom. De plagioklazen zijn vaak verontreinigd door donkere mineralen.

 

Sorselegraniet bevat twee generaties kwarts: 1) grotere, sterk gecorrodeerde kwartsen van onregelmatige vorm met in de grondmassa 2) kleine, heldere of ietwat rookgrijze, veelal hoekige kwartsjes. Deze laatste vormen vaak kleine opeenhopingen die grafisch met de kaliveldspaat vergroeid zijn. 

 


In de grondmassa herkennen we met de loep meer kwarts. Dit zijn kwartsen van de tweede generatie. Het zijn meest kleine, hoekige korreltjes, helder of ietwat bruingrijs van kleur. Ze zijn doorgaans minder dan een millimeter groot. De kwartsjes vormen afzonderlijke, verspreid liggende korreltjes of vormen kleine groepjes tussen de kaliveldspaten en de plagioklazen. Zowel kaliveldspaat en kwarts zijn hier en daar grafisch met elkaar vergroeid.
 

 


 

Terzijde
Het voorkomen van twee kwartsgeneraties is kenmerkend voor rapakivi’s. Bij deze gesteentegroep

zien we bovendien dat de grondmassa van kaliveldspaat en kwarts vaak grafisch vergroeid is. 

Bij Alandrapakivi’s is dit makkelijk vast te stellen. Hoewel Sorselegranieten niet tot de eigenlijke 

rapakivi’s worden gerekend, tonen ze wel een paar rapakivikenmerken. Hier komt bij dat onder 

Sorselegranieten en verwante granietsoorten typen voorkomen die je op de talrijke plagioklazen na 

makkelijk voor een granofierische rapakivi zou kunnen houden. 

 

 

 

Sorsegraniet granofirisch type gepolijst - Borger Sorselegraniet granofirisch type kleine detail 2 - Borger

Sorselegraniet, granofierisch type - Zwerfsteen van Borger (Dr.).

 

Onmiskenbaar Sorselegraniet, maar een afwijkend type. Het gesteente bevat meer kwarts, die voornamelijk als tweede generatie in de grondmassa grafisch met de veldspaat is vergroeid.

Detail van vorige foto. De lichtkleurige vlekken zijn eerstelingen van plagioklaas.

 

 

 

Sorselegraniet granofirisch type -  Borger

Sorselegraniet, granofierisch type - Zwerfsteen van Borger (Dr.).

 

De steen toont op het eerste gezicht overeenkomsten met Alandgranofier, maar wijkt bij doorslag hiervan duidelijk af. Op het verweerde oppervlak is de grafische vergroeide kwarts duidelijk te zien. Zelfde steen als de foto's hierboven.

 

 

 



 

Sorselegraniet, een variabel graniettype


Eén ding valt direct op, Sorselegraniet is niet bepaald een gesteente, dat zich door een levendige kleurtekening op het breukvlak. onderscheidt van andere granieten. Deze graniet oogt eerder somber door de aanwezigheid van veel donkere mineralen. Vaak zijn deze samengeklonterd tot onregelmatige aggregaten, vandaar ook het vlekkerige karakter. Ook de levendige schittering die splijtvlakken van kaliveldspaat kenmerkt, ontbreekt. Kortom, deze graniet kan zich in kleurigeheid en levendigheid niet meten met veel andere granieten. 

 

 

Een ander opvallend feit is dat Sorselegraniet in een flink aantal varianten voorkomt. Deze verschillen van elkaar in zowel kleur, korreling als in structuur. Naast grootkorreliger typen, die in de Zweedse literatuur meest onder andere namen beschreven zijn, komen overgangen voor naar granietporfieren en granofieren. Van Sorselegraniet schijnen zelfs vulkaniet-achtige typen voor te komen, hoewel daar nog geen gesteentemonsters en ook geen zwerfsteenvondsten van bekend zijn.

 

 

 

Sorselegraniet bruinrood type - Valthe Sorselegraniet zalmrood type detail 2 - Valthe

Sorselegraniet - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).

 

Zalmrose-bruin gekleurd type met bovenaan een groot basisch insluitsel van hoornblende.

Detail van de foto hiernaast.

 

In veel Sorselegranieten zijn zowel de plagioklaas- als de kaliveldspaateerstelingen gezoneerd. Soms bezitten kaliveldspaten net als bij rapakivi's een plagioklaasrand. Daarnaast komen plagioklaas- en kaliveldspaateerstelingen voor die gezoneerd zijn door de aanwezigheid van een lichtere of juist iets donkerder gekleurde zoom.

Sorselegraniet grijs type gepolijst - Exloo Sorselegraniet gepolijst 2 - Exloo

Sorselegraniet - Zwerfsteen van Exloo (Dr.).

 

Grijsbruin kleurtype.

Sorselegraniet - Zwerfsteen van Exloo (Dr.).

 

Roodachtig bruin kleurtype met grote, onregelmatig gevormde, basische mineraalaggregaten.

 


 


De kleur van het gesteente wisselt sterk: grijs, grijsbruin, zwartbruin, rose, vleeskleurig tot roodachtig bruin. De roodachtige en roodachtiggrijze typen overheersen. Ondanks deze variatie is Sorselegraniet door zijn karakteristieke tekening als gesteente niet moeilijk te herkennen. 

 


De donkere varianten van Sorselegraniet zijn basischer, doordat deze meer plagioklaas en vooral meer donkere mineralen bevatten. Waaruit deze laatste zijn opgebouwd is met de loep niet of nauwelijks te bepalen. De grotere vlekken lijken uit hoornblende, biotiet en magnetiet te bestaan. In hoeverre ook chloriet als omzettingsproduct aanwezig is, is niet duidelijk. De lichter getinte typen Sorselegraniet bevatten minder donkere mineralen en meer kwarts en kaliveldspaat. Ook zijn de donkere vlekken kleiner van formaat.


 

 

 

Sorselegraniet groot exemplaar 2 - Zuidhorn Sorselegraniet met gecorrodeerde kwarts 2 - Zuidhorn

Sorselegraniet - Opgebaggerde zwerfsteen uit het Van Starkenborgkanaal bij Zuidhorn.

 

Dit is tot dusver de grootste zwerfsteen van Sorselegraniet. De kei is ca. 110cm hoog! De buitenzijde is onherkenbaar roestig veranderd met direct daaronder een smalle zone die donkergrijs gekleurd is door infiltratie van ijzersulfide.  Het 'verse' gesteente is typisch roserood van kleur. Het is een kwartsrijkere, lees zuurdere, variant van Sorselegraniet. 

 

Deze Sorselegraniet is door de Groninger beeldhouwer Derk den Boer bewerkt en deels gepolijst. Het beeld stond tot voor kort opgesteld op het terrein van het Hunebedcentrum in Borger.

Detail van dezelfde steen.

 

In het midden is een idiomorfe kwartseersteling zichtbaar met rechts daarvan sterker gecorrodeerde individuen. De kwartseerstelingen zijn doorgaans ietwat grijsblauw van kleur en bevatten kleine witte insluitseltjes van kaliveldspaat. De donkere mineralen vormen in deze steen voornamelijk kleinere opeenhopingen. Opvallend zijn de gezoneerde grijsgroene tot licht grijsblauwe plagioklazen.

Sorselegraniet - Van Starkenborgkanaal Zuidhorn Sorselegraniet gecorrodeerde kwarts -  Van Starkenborgkanaal Zuidhorn
Detail van het gepolijste met ijzersulfide geïmpregneerd gesteenteoppervlak. Onderaan is te zien dat de zwarte ijzersulfide roestkleurig geoxideerd is.  Detail van de foto hiernaast. De pijlen geven de gecorrodeerde, grijsblauwe kwartseerstelingen aan. De geelbruine vlekjes zijn verweerde plagioklaaskristallen.

 

 

 

 


Welke 'soorten' zijn er?


In een publicatie in Grondboor en Hamer (Ned. Geol. Ver.) zijn een groot aantal typen Sorselegraniet afgebeeld. Het zijn foto's van rolstenen, die in de omgeving van het Zweedse Sorsele in rivierbeddingen zijn opgeraapt. Hoewel het vaste gesteente niet bemonsterd werd, vormen deze rolstenen een aanwijzing dat de vaste rots in de buurt van de vindplaatsen ontsloten moet zijn.

 


In het uitgestrekte granietgebied bij Sorsele en Arvidsjaur komen nog andere soorten graniet voor, die onder een eigen naam beschreven zijn. Edefors- en Avavikengraniet zijn hiervan twee voorbeelden. Samen met Linagraniet, die noordoostelijk van Sorsele rond de stad Gällivare een aantal grote voorkomens vormt, duidt men deze granieten ook wel aan onder de verzamelnaam Norrlandgraniet. Ondanks onderlinge verschillen is de verwantschap van deze granieten met Sorselegraniet niet te ontkennen.
 

 

 

Norrlandgraniet  - Borger Norrlandgraniet gelijkkorrelig type detail - Borger

Linagraniet - Zwerfsteen van Borger (Dr.).

 

Gelijkkorrelig type graniet. Opzij van de typische Sorselegranieten komen in het gebied bij Sorsele, Arvidsjaur en noordelijk daarvan verschillende typen graniet voor, die - hoewel verwant - duidelijk van Sorselegraniet afwijken. Sommige van deze granieten staan bekend als Avaviken-, Adak-, Edefors- en Linagraniet. Al deze graniettypen vat men wel samen onder de naam Norrlandgraniet.

Detail van dezelfde zwerfsteen.

 

Hoewel Norrlandgranieten duidelijk anders van uiterlijk zijn dan Sorselegranieten, bezitten ze talrijke gemeenschappelijke kenmerken, zoals twee kwartsgeneraties, waarvan de 1e generatie gecorrodeerd is en die van de 2e generatie klein en veelal hoekige vormen toont. Verder zijn talrijke vuilgroene en witachtige plagioklazen aanwezig, die vaak gezoneerd zijn. Ook de bekende spoelvorm van de plagioklaas is in deze granieten aanwezig.

Norrlandgraniet grof type - Borger Norrlandgraniet detail grof type - Borger
 Edeforsgraniet - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).  Detail van de steen hiernaast.
Granietporfirische Norrlandgraniet - Valthe Sorselegraniet granietporfirisch detail - Borger
Edefors granietporfier - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).  Detail van de foto hiernaast.


 

 

 

Porfirische Norrlandgraniet 2 - Valthe

Avavikengraniet - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).

 

 

 

 



Zwerfsteenvondsten van Sorselegraniet

Sorselegraniet is tot dusver slechts bij een kleine groep zwerfsteenverzamelaars bekend. Dit komt omdat ze als zwerfsteen niet alleen zeldzaam zijn, de meeste zwerfsteenverzamelaars herkennen Sorselegraniet niet als zwerfsteen. Dit laatste hoeft niet te verbazen als we zien hoe het gesteente door verwering van uiterlijk verandert. Bovendien zijn het in verweerde toestand geen stenen die je uit nieuwsgierigheid opraapt. Daar zijn ze ronduit te lelijk voor. In Denemarken, Duitsland en in ons land was tot voor kort het aantal vondsten op de vingers van één hand te tellen.

 


 


Aan wijlen A.P.Schuddebeurs en J.G.Zandstra viel de eer te beurt de eersten te zijn die op het Deense eiland Als een zwerfsteen van Sorselegraniet opraapten en meenamen. Weliswaar hadden zij toen geen idee dat het om een Sorselegraniet ging, maar afgaande op het uiterlijk waren zij van mening dat dit gesteente geschikt zou kunnen zijn als gidsgesteente. Naderhand vond Jelle de Jong uit Drachten bij Nijbeets en Damsdorf een tweetal fraaie exemplaren en bij Erica in zuidoost Drenthe in een zwerfsteentelling nog twee kleine zwerfsteentjes. Uit de collectie H.Dekker tenslotte is een zwerfsteen bekend die vermoedelijk ook op Als in Denemarken is gevonden. Het betreft hier een roodachtig type.
 

 


Het gevolg van publicaties over nieuwe zwerfsteentypen is, dat deze vaak gevolgd worden door vondstmeldingen. Dit is met Sorselegraniet ook het geval. Hoe dit kan? Zwerfsteenverzamelaars zoeken meestal selectief. Wat men niet kent, zoekt men ook niet of het moet zijn dat de onbekende zwerfsteen opvalt door kleur, tekening of korreling en daarom wordt meegenomen. Een publicatie met goede kleurafbeeldingen brengt daarom nogal eens onbekende vondsten aan het licht.
 

 


Bij Sorselegraniet ligt het allemaal iets anders. Er zijn maar weinig gidsgesteenten die er als zwerfsteen, verweerd, zo onherkenbaar lelijk uit zien. In onverweerde toestand of bij gezaagde en gepolijste exemplaren speelt dit niet of minder. Akkerstenen van Sorselegraniet, die in het Hondsruggebied in Drenthe zijn gevonden lijken het vermogen te hebben ontwikkeld om zich te camoufleren. Ze vallen tussen de overige zwerfstenen niet op. Sterker nog, het zijn 'grijze muizen', die het aankijken niet waard zijn. Alleen Sorselegranieten die uit de keileem komen zijn met het blote oog redelijk goed te herkennen.
 

 

 

Sorselegraniet    - Borger Sorssele graniet detail   - N34 Borger

Sorselegraniet - Zwerfsteen van Borger (Dr.).

 

Het zwerfsteenoppervlak is in geringe mate door verwering aangetast. De steen is afkomstig uit roodbruine Oostbaltische keileem op de Hondsrug.

 Sorselegraniet, detail van de foto hiernaast.
Sorselegraniet donker type groot - Borger Sorselegraniet breukvlak - Borger

Sorselegraniet - Zwerfsteen van Borger (Dr.).

 

Dit is tot dusver de op een na grootste zwerfsteen van dit type dat in Drenthe is gevonden.

 

Verweerde Sorselegranieten, vooral zwerfstenen uit de bouwvoor of net daaronder, zijn aan de buitenzijde bijna onherkenbaar veranderd. Sorselegraniet is sowieso al geen schoonheid onder de zwerfstenen - vooral breukvlakken ogen buitengewoon somber en zijn onduidelijk van structuur. 

Sorselegraniet, bruinachtig type. Fragment van de steen op de foto hiernaast.

 

 


Het enige dat aan het verweerde en gebleekte oppervlak opvalt, zijn vaag zichtbare, hoekig begrensde of soms rhombische, grijsachtige of geelbruine vlekjes en/of putjes van plagioklaas. Maar dat hebben meer zwerfstenen.

 

 

Hebben we het vermoeden een Sorselegraniet gevonden te hebben, dan bestaat de kans dat het om een Venjanporfieriet gaat van het bekende roodachtige Gruvasen type of dat we een sombere, hoornblendehoudende granodioriet in handen hebben. Het verschil is dat Venjanporfieriet geen zichtbare kwarts bevat en Sorselegraniet wel. Weliswaar is het niet veel en zijn de kwartsen niet duidelijk aanwezig, met de loep is het een overtuigend verschil. Sommige granodiorieten van Oostbaltische herkomst lijken vanwege hun kleur en talrijke, hoekig begrensde, vuilgroene of grijze plagioklazen en hun donkere mineralen ook op Sorselegraniet. In tegenstelling tot Sorselegraniet bevatten deze granodiorieten veel meer zichtbare kwarts en bestaat het donkere mineraal vooral uit duidelijk zuilvormige hoornblende. Hier komt nog bij dat deze granodiorieten de fijnkorrelige grondmassa van Sorselegraniet missen.

 



De kans om een zwerfsteen van Sorselegraniet te vinden is het grootst in het Hondsruggebied in Oost-en Noord-Drenthe. Verwonderlijk is dit niet, want hier treffen we een uitgesproken Oostbaltisch zwerfsteengezelschap aan, met veel rapakivi's en gidsgesteenten uit Noord-Zweden. Recentelijk zijn bij Borger, Exloo, Valthe en Nieuw-Dordrecht verschillende zwerfstenen van Sorselegraniet, Linagraniet en andere Norrlandgranieten gevonden. Ook van het Hoge Veld bij Norg zijn inmiddels een tiental van deze granieten opgeraapt, waaronder een Lina- en een Avavikengraniet. Enkele van de gevonden zwerfstenen zijn zelfs van zwerfblokgrootte. Het aantal vondsten in het Hondsruggebied doet vermoeden dat Sorselegraniet en andere Norrlandgranieten minder zeldzaam zijn dan eerder gedacht.
 

 

 

 

 Sorselegraniet verweerd bruin type Exloo  Sorselegraniet verweerd exemplaar - Borger
Sorselegraniet, verweerd oppervlak - Zwerfsteen van Borger (Dr.).

Sorselegraniet - Zwerfsteen van Borger (Dr.).

 

Zwerfstenen die van akkers afkomstig zijn, zijn meestal zeer sterk verweerd en verontreinigd door zwartbruine humusbestanddelen. Een bad in bleekwater en allesreiniger doet wonderen. Toch blijven verweerde Sorselegranieten dan ook moeilijk herkenbaar. Het aanslaan van de stenen brengt duidelijkheid.

 Sorselegraniet grijs type - Valthe  Sorselegraniet met basisch insluitsel - Valthe
Sorselegraniet, grijsachtig type met veel donkere mineraalaggregaten - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).

Sorselegraniet - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).

 

Op het onregelmatige, door ijzeroxide verkleurde breukvlak valt een relatief groot insluitsel op van een fijnkorrelig basisch gesteente.

 Sorselegraniet 2e serie 2 Valthe Borger  Sorselegraniet afwijkend type - Valthe
Sorselegraniet, verweerde akkersteen - Zwerfsteen van Borger (Dr.). Sorselegraniet, verweerde akkersteen met linksboven een vers breukvlak - Zwerfsteen van Valthe (Dr.).

 


 

 

 

 

 

 

© 2010-heden Kijkeensomlaag.nl
Flag Counter